Geschiedenis
De Kasteelhoeve d’Ursel in Grobbendonk heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot de 12e en 13e eeuw. De eerste bekende heer van Grobbendonk was Sebastianus de Grebendunc, die we kennen uit een trouwakte van 1219. Hij was de eigenaar van het nu verdwenen kasteel en de omliggende gronden die nu de gemeente vormen. Zijn kleindochter Leysa huwde later met de heer van Wilre.
Sebastiaan was volgens de legende een verwoed bouwer, die zelfs geheime gangen onder zijn kasteel liet aanleggen. In 1545 werd het kasteel en de omliggende gronden verkocht aan Erasmus Schetz, een buitengewoon rijke handelaar van Duitse afkomst. Schetz was een prominente figuur in de Antwerpse gouden 16de eeuw. Zijn andere eigendom kan je naast de Carolus Borromeuskerk in Antwerpen vinden, het Huis van Aken.
Wat Schetz dan in Grobbendonk kwam zoeken? In de onzekere oorlogstijden van de 16de eeuw zocht hij een investering om zijn fortuin veilig te stellen. Hij wilde zich, net als vele andere kooplui, snel aansluiten bij de feodale adel. Edelman worden was niet alleen een kwestie van status. Aan een verheffing in de adelstand zat een belastingvrijstelling aan vast en de mogelijkheid tot het verwerven van bestuursfuncties en politieke macht.
Dat lukte. Erasmus' zoon, Gaspard, werd een sleutelfiguur tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Tijdens dat conflict tussen de Nederlanden en Spanje probeerde hij de kerk (zowel katholiek als protestants) in het midden te houden. Dat lukte hem niet helemaal en in 1579 plunderden Spaanse troepen het Kasteel van Grobbendonk. Het kasteel brandde volledig af.
Gaspard liet zich niet ontmoedigen. Rond 1586 werd het kasteel herbouwd als een waterburcht. We weten hoe dat er een eeuw later uitzag, door een ets in een vroege toeristische gids: de Notitia Marchionatus Sacri Romani Imperii, hoc est urbis et agri Antverpiensis. Of vrij vertaald, de mooiste landschappen rond Antwerpen. Dat is nog steeds waar, toch?
Bij de heropbouw in 1586 kwam het Neerhof, oftewel de Kasteelhoeve, voor het eerst in beeld. De Kasteelhoeve diende als locatie waar pachters hun rentes betaalden, stropers werden opgesloten, en functioneerde ook als boerderij om de hongerige monden van het kasteel te voeden.
In 1726 stierf de laatste heer van Grobbendonk en ging de erfenis naar de familie d’Ursel. Conrad d’Ursel werd de eerste telg van deze familie die het kasteel gebruikte. Op dat moment was het kasteel in slechte staat. Rond de Franse Revolutie werd het vervallen kasteel afgebroken en verkocht als bouwmateriaal – een vroeg voorbeeld van circulair bouwen!
De Kasteelhoeve bleef bestaan en werd generaties lang gebruikt door de opeenvolgende graven van d’Ursel: Conrad, Karel, Wolfgang, Charles, Auguste, Adrien, Ferdinand en Ghislain d’Ursel. Zij gebruikten de kasteelhoeve als uitvalsbasis voor de jacht en als vakantieverblijf. In 2017 openden Dorien & Bartel een gezellige bruine kroeg in de centrale vleugel van de kasteelhoeve. Sindsdien vormt de kasteelhoeve een gezellige ontmoetingsplaats voor jong en oud waar fietsers, kajakkers en wandelaars een gezellige stop vinden om hun dorst te laven.
In 2022 neemt ancien Reno de fakkel over van Bartel en Dorien, die tot op heden achter de toog te vinden is. Schrijf jij, samen met ons, nog eens 100 jaar cafégeschiedenis mee?